100 vragen om aan je Franse buren te stellen

De sleutels tot een succesvolle integratie in je Franse dorp: maak van je buren bondgenoten.

maak van je Franse buren bondgenoten

Houd dit a.u.b. in gedachten: deze tekst is geschreven door een Fransman die zijn best doet om in het Nederlands te spreken en te schrijven. Als je fouten opmerkt, wees dan geduldig.

Bij aankomst in een Frans dorp staat je een periode vol ontdekkingen en aanpassingen te wachten. Aan de ene kant ben je gefascineerd door de schilderachtige landschappen en de charme van het platteland, maar aan de andere kant word je geconfronteerd met de noodzaak om jezelf te integreren in een nieuwe gemeenschap.

 

Je buren spelen een cruciale rol in deze overgang. Ze vormen zowel een bron van praktische informatie over het lokale leven als een essentiële menselijke element om je thuis te voelen.

 

Overtuigd van het belang om je Franse buren te leren kennen, bied ik jullie in dit artikel een lijst aan van 100 vragen die gesteld kunnen worden om dit integratieproces te vergemakkelijken. Door je buren beter te leren kennen, versterk je het gevoel van verbondenheid met je dorp en draag je ook bij aan het creëren van een vriendelijke en ondersteunende omgeving, waar Frans-Nederlandse uitwisselingen jouw leven en de gemeenschap verrijken.

Eerste deel: leer je buren (beter) kennen, zonder te opdringerig te zijn

Toon interesse in je buren: de mensen

Je vraagt zelden naar de naam van je buren als je ze voor het eerst ontmoeten, omdat je daar meestal achter komt als je jezelf voorstelt. Als je buurman/vrouw echter zijn/haar naam niet zegt, kun je die gewoon zeggen zonder je zin af te maken:

[1] Vous êtes monsieur / madame … ? U bent meneer/mevrouw …?

Maar het kan zijn dat je de naam niet goed begrijpt. Je kunt dan zeggen:

[2] Pouvez-vous me redire votre nom ? Je n’ai pas bien compris. Kunt u uw naam nog eens zeggen? Ik heb het niet goed begrepen.

Als je buurman of buurvrouw (en het hangt ook af van de leeftijd) liever zijn of haar voornaam geeft en je weet dat hij of zij niet alleen woont, kun je vervolgens vragen naar de voornaam van zijn of haar echtgenoot/echtgenote/partner door te zeggen:

[3] Comment s’appelle votre mari / femme / conjoint(e) / partenaire / ami(e) ? Hoe heet uw echtgenoot/echtgenote/partner/vriend(in)?

Maar let op, alleen omdat je buurman of buurvrouw zich voorstelt met zijn of haar voornaam, betekent dit niet dat je ze meteen mag tutoyeren. Onthoud dat je in Frankrijk iemand bij de voornaam mag noemen en toch de ‘vous’ kan gebruiken.

Als je tijdens een praatje met je buren jonge mensen (kinderen of tieners of jonge volwassenen) hun huis in en uit ziet gaan, vraag het dan:

[4] C’est votre enfant / fils / fille ? Ce sont vos enfants ? Is dit uw kind/zoon/dochter? Zijn het uw kinderen?

En als dat zo is, kun je je vragen vervolgen met:

[5] Comment s’appelle-t-il/elle ? Comment s’appellent-ils/elles ? Hoe heet hij/zij? Hoe heten ze?

[6] Quel âge a-t-il / a-t-elle ? Quel âge ont-ils/elles ? Hoe oud is hij/zij? Hoe oud zijn ze?

[7] Vos enfants vont à l’école du village ? Gaan uw kinderen naar de dorpsschool?

[8] Est-ce que vos enfants font des études ? Studeren uw kinderen?

Op dezelfde manier, voor huisdieren, wacht tot je een dier in de tuin van je buren ziet en vraag dan:

[9] Comment s’appelle votre chien / chat ? Hoe heet uw hond / kat?

[10] C’est quelle race ? Wat voor ras is het?

[11] Il a quel âge ? Hoe oud is hij?

[12] Vous avez d’autres animaux domestiques / à la maison ? Heeft u andere huisdieren thuis?

interesse tonen in je Franse buren

Toon interesse in je buren: huis en tuin

Geef (indien mogelijk) een compliment over de tuin van je buren. Je kunt natuurlijk eenvoudige complimenten geven, maar je kunt ook zeggen:

[13] Comment faites-vous pour avoir un aussi beau jardin ? Hoe lukt het u om zo’n mooie tuin te hebben?

[14] Vos roses sont magnifiques ! Qui s’en occupe ? Uw rozen zijn prachtig! Wie zorgt ervoor?

[15] Avez-vous un secret pour avoir une pelouse aussi belle ? Heeft u een geheim voor zo’n mooie gazon?

[16] Avez-vous aussi un potager ? Heeft u ook een moestuin?

[17] Quels sont les légumes qui poussent le mieux dans votre jardin ? Welke groenten groeien het beste in uw tuin?

[18] Quels sont les arbres fruitiers que vous avez dans votre jardin ? Welke fruitbomen heeft u in uw tuin?

Onderhoud de gevestigde relatie, versterk het contact

Nu je je buren beter kent (en zelfs daarvoor), is het essentieel om je relatie met je buurt te versterken. Het is eigenlijk heel eenvoudig en in feite voor de hand liggend. Vraag je buren als je ze ziet en wanneer je ze gedag hebt gezegd:

[19] Comment allez-vous ? / Ça va ? Hoe gaat het met u? / Alles goed?

Als je weet dat je buurman/buurvrouw ziek is geweest, vraag dan:

[20] Est-ce que vous allez mieux ? / Vous allez mieux ? Gaat het beter met u? / Voelt u zich beter?

[21] Comment va votre mari / femme / vos enfants ? Hoe gaat het met uw man / vrouw / kinderen?

Als je eenmaal contact en vertrouwen hebt opgebouwd en als je voelt dat de stemming goed is, kun je meer persoonlijke vragen stellen (zonder te intiem te worden, natuurlijk). Je kunt je nieuwsgierigheid de vrije loop laten. Maar wees voorzichtig, dit vereist een bepaald niveau van Frans, want de antwoorden kunnen verrassend zijn en woordenschat gebruiken die je nog niet kent.

[22] Avez-vous des projets pour votre maison / votre jardin ? Heeft u plannen voor uw huis / uw tuin?

Als je buurman veel tijd in de tuin doorbrengt, vraag het dan met een vleugje humor:

[23] Qu’est-ce que vous faites quand vous ne jardinez pas ? Wat doet u als u niet aan het tuinieren bent?

Je kunt ook proberen een beetje te roddelen:

[24] Comment trouvez-vous l’ambiance générale du quartier / du village ? Wat vindt u van de algemene sfeer in de buurt / het dorp?

[25] Avez-vous des anecdotes amusantes sur la vie dans le quartier / le village ? Heeft u grappige anekdotes over het leven in de buurt / het dorp?

[26] Avez-vous des souvenirs particuliers liés à notre quartier / au village ? Heeft u speciale herinneringen aan onze wijk/dorp?

[27] Qui habite dans la maison en face de chez vous ? Il n’y a jamais personne. Wie woont er in het huis tegenover u? Er is daar nooit iemand.

Tot slot kun je ook de Franse klaagzang testen. Luister naar ze, maar overdrijf het niet te veel en laat je niet te veel meeslepen in de negatieve stemming van je buurman/buurvrouw:

[28] Que pensez-vous du stationnement dans notre rue ? Wat vindt u van het parkeren in onze straat?

[29] Etes-vous satisfait du réseau internet au village ? Bent u tevreden over het internetnetwerk in het dorp?

[30] Est-ce que c’est normal que les lampadaires / l’éclairage urbain s’éteigne(nt) si tôt le soir / dure(nt) toute la nuit ? Is het normaal dat de straatverlichting zo vroeg op de avond uitgaat / de hele nacht blijft branden?

[31] Avez-vous aussi des animaux sauvages qui visitent votre jardin / viennent retourner votre pelouse / manger vos fleurs ? Heeft u ook last van wilde dieren die uw tuin bezoeken / uw gazon omspitten / uw bloemen opeten?

Gelukkig zijn er ook veel Fransen die tevreden zijn met de huidige stand van zaken.

je Franse buren zijn een ongelooflijke bron van informatie

Tweede deel: leer het dorpsleven beter kennen via je buren

Stel vragen over het leven in de buurt, het dorp en de omgeving.

Om erachter te komen of je buurman of buurvrouw goed bekend is met de gewoonten en gebruiken in het dorp, kun je hem of haar vragen :

[32] Depuis combien de temps vous habitez au village ? Hoelang woont u al in het dorp?

Maar ongeacht zijn / haar anciënniteit, was hij / zij er voor jou en kent dus enkele praktische informatie over jouw straat. Je kunt dan vragen:

[33] A quelle heure passe le facteur ? Hoe laat komt de postbode langs?

[34] Les poubelles sont vidées quel jour ? Op welke dag worden de vuilnisbakken geleegd?

[35] Je ne comprends pas très bien le système du tri sélectif. Pourriez-vous m’expliquer comment ça marche ? Ik begrijp het systeem van gescheiden afval niet zo goed. Kunt u me uitleggen hoe het werkt?

Of informatie over het dorp en de omgeving. Vanuit een zeer praktisch oogpunt?

[36] Savez-vous où se trouve le bureau de poste le plus près ? Weet u waar het dichtstbijzijnde postkantoor is?

[37] Où y a-t-il une déchetterie près d’ici ? Waar is er een vuilnisstortplaats in de buurt?

[38] Connaissez-vous les jours et les horaires d’ouverture de la déchetterie ? Kent u de openingstijden van de vuilnisstortplaats?

[39] Quel jour de la semaine la boulangerie est-elle fermée ? Welke dag van de week is de bakkerij gesloten?

En natuurlijk kun je ‘la boulangerie’ vervangen door een andere winkel, zoals ‘l’épicerie’, ‘la superette’, enz.

[40] A quelle heure ouvre / ferme la mairie ? Hoe laat opent/sluit het gemeentehuis?

Je kunt ‘la mairie’ ook vervangen door iets anders, zoals ‘la bibliothèque’, ‘la poste’, enz.

[41] Comment s’appelle le maire du village ? Hoe heet de burgemeester van het dorp?

[42] Est-ce qu’il y a une salle des fêtes au village ? Is er een feestzaal in het dorp?

[43] Est-ce qu’il y a quelque chose d’organisé pour le 14 juillet ? Wordt er iets georganiseerd voor 14 juli?

[44] Est-ce qu’il y a des fêtes particulières au village ? Zijn er speciale feesten in het dorp?

[45] Je voudrais faire du bénévolat au village. A qui est-ce que je dois m’adresser ? Ik wil vrijwilligerswerk doen in het dorp. Bij wie moet ik zijn?

[46] Est-ce qu’il y a un endroit où les habitants du village se réunissent ? Is er een plek waar de dorpsbewoners samenkomen?

[47] Vous savez qui s’occupe du court de tennis qui se trouve à la sortie du village ? Weet u wie verantwoordelijk is voor de tennisbaan net buiten het dorp?

[48] Est-ce qu’il y a des horaires et des jours particuliers pour tondre la pelouse ? Zijn er specifieke tijden en dagen om het gras te maaien?

[49] Comment s’appelle la dame / le monsieur qui habite … / qui a …? Hoe heet de dame / heer die woont … / die heeft …?

Omdat je nieuwsgierig bent naar de naam van deze persoon en misschien meer over haar/hem wilt weten.

[50] Vous allez où pour faire vos courses ? Waar doet u uw boodschappen?

[51] Quel est le supermarché le plus près ? Wat is de dichtstbijzijnde supermarkt?

[52] Vous allez à quel marché ? Gaat u naar welke markt?

[53] Est-ce qu’il y a des commerçants ambulants qui passent au village ? Zijn er rondtrekkende winkeliers die naar het dorp komen?

Omdat winkels op het Franse platteland schaars zijn, is het gebruikelijk dat winkeliers regelmatig langskomen met hun bestelwagen. Het kan de bakker zijn, de slager, of soms een pizzaleverancier die zich één avond per week op het dorpsplein installeert om zijn pizza’s te bakken en te verkopen. In het laatste geval kun je vragen :

[54] Le marchand de pizza / le pizzaiolo / le camion-pizza / la pizzeria ambulante vient quel jour sur la place du village ? Op welke dag komt de pizzazaak / pizzaiolo / pizzawagen / mobiele pizzeria naar het dorpsplein?

[55] Connaissez-vous un bon restaurant pas trop cher dans les environs ? Kent u een goed en betaalbaar restaurant in de buurt?

[56] Quel est le meilleur magasin de bricolage dans le coin ? Wat is de beste doe-het-zelfzaak in de buurt?

[57] Connaissez-vous une bonne scierie dans les environs ? Kent u een goede houtzagerij in de buurt?

[58] J’ai vu qu’il y a un arrêt de bus sur la place du village. Le bus s’arrête souvent au village ? Ik zag dat er een bushalte op het dorpsplein is. Stopt de bus vaak in het dorp?

[59] Quelle est la gare SNCF la plus proche ? Waar is het dichtstbijzijnde treinstation?

[60] Savez-vous où je pourrais faire réparer mon vélo ? Weet u waar ik mijn fiets kan laten repareren?

[61] Est-ce qu’il y a un électricien dans le coin ? Is er een elektricien in de buurt?

[62] Est-ce que vous pouvez me recommander un bon plombier ? Kunt u een goede loodgieter aanbevelen?

Je kunt ‘électricien’ of ‘plombier’ vervangen door elk ander beroep, of het nu ‘un maçon’ (metselaar) of ‘un médecin’ (arts), ‘un garagiste’ (garagemonteur) of ‘un dentiste’ (tandarts) is.

Derde deel: nu je je buren kent, vraag om hun hulp

Vraag om advies ...

... voor de tuin

De tuin is het nuttigste element om een goede relatie tussen buren op te bouwen. Dat is normaal, want het is het enige dat je vrij gemakkelijk kunt zien aan weerszijden van een heg of een schutting. Na de complimenten over de tuin, kun je om tuinadvies vragen.

[63] Avez-vous des astuces pour économiser l’eau lors de l’arrosage des plantes ? Heeft u tips om water te besparen bij het besproeien van planten?

[64] Comment faites-vous pour lutter efficacement contre les mauvaises herbes dans le jardin ? Hoe houdt u onkruid in de tuin effectief onder controle?

[65] Que faites-vous contre les escargots et les limaces ? Wat doet u tegen slakken en naaktslakken?

[66] J’ai un gros problème avec les doryphores. Pas vous ? Ik heb een groot probleem met coloradokevers. U niet?

[67] A votre avis, quel est le meilleur moment pour planter les pommes de terre ? Wat is volgens u het beste moment om aardappels te planten?

...voor klusjes

Je kunt je vragen beginnen met « Avez-vous des astuces pour …» (Heeft u tips voor

…)

[68] Avez-vous des astuces pour déboucher un évier ? Heeft u tips om een gootsteen te ontstoppen?

of met « Comment feriez-vous pour … » (Hoe zou u…)

[69] Comment feriez-vous pour nettoyer la façade de la maison / les tâches de moisissures sur le crépi de ma maison ? Hoe zou u de gevel van het huis schoonmaken / de schimmelvlekken op het pleisterwerk van mijn huis verwijderen?

... voor de keuken

[70] Comment faites-vous pour réussir vos confitures ? Hoe slaagt u erin om uw jam te maken?

[71] Je reçois ce weekend des amis néerlandais. Avez-vous une recette de plat typiquement français et facile à faire ? Dit weekend krijg ik Nederlandse vrienden op bezoek. Heeft u een recept voor een typisch Frans gerecht dat makkelijk te maken is?

Vraag om iets te lenen ...

... om te koken

Als je een ingrediënt mist om te koken en je kunt geen boodschappen doen, vraag het dan aan je buren. Laat deze verzoeken natuurlijk altijd vergezeld gaan van een ‘s’il vous plait’, en als aan deze verzoeken wordt voldaan, vergeet dan niet om ‘merci beaucoup’ te zeggen.

[72] Ne pourriez-vous pas me dépanner d’un œuf ? Kunt u me niet helpen met een ei?

[73] Je n’ai plus de sel. Est-ce que vous pourriez m’en donner un peu ? Ik heb geen zout meer. Zou u me een beetje kunnen geven?

Voor een beetje zout is een grote glimlach en een ‘merci beaucoup’ voldoende. Voor een ei kun je, waarom niet, een stukje van je taart geven die je hebt gemaakt met het ei van de buren. Als je een pak meel vraagt, geef dan later na het boodschappen doen een pak meel, indien mogelijk van hetzelfde merk.

onderhoud de relaties met je Franse buren

...voor klussen of tuinieren

Het kan zijn dat je je buren moet vragen om een specifiek gereedschap te lenen (een grasroller of een boormachine als de jouwe kapot is). Geef de reden voor je verzoek, dat maakt het gemakkelijker. Voor dit soort verzoeken kun je twee werkwoorden gebruiken: ‘emprunter’ (jij leent iets) en ‘prêter’ (de ander, hier je buren, lenen je iets).

[74] Je viens de semer du gazon. Serait-il possible d’emprunter votre rouleau à gazon ? Ik heb net het gazon ingezaaid. Zou het mogelijk zijn om uw grasroller te lenen?

[75] Ma perceuse ne fonctionne plus et je dois encore percer un trou. Pourriez-vous me prêter votre perceuse pendant une heure ? Mijn boormachine werkt niet meer en ik moet nog een gat boren. Kunt u mij uw boormachine lenen voor een uurtje?

[76] Je voudrais nettoyer les gouttières de ma maison, mais je n’ai pas encore d’échelle. Je n’ai qu’un escabeau, mais ce n’est pas assez. Est-ce que vous pourriez me prêter votre échelle ? Ik wil graag de dakgoten van mijn huis schoonmaken, maar ik heb nog geen ladder. Ik heb alleen een trapladder, maar dat is niet genoeg. Kunt u mij uw ladder lenen?

Vraag om hulp

Er zijn klussen die vereisen dat je wat extra spierkracht en vooral extra handen hebt:

[77] Je dois déplacer une armoire. C’est trop lourd pour moi. Pourriez-vous me donner un coup de main ? Ik moet een kast verplaatsen. Het is te zwaar voor mij. Zou u me kunnen helpen?

Of soms die meerdere hersenen vereisen:

[78] J’ai acheté un meuble en kit et je ne comprends vraiment rien du tout aux instructions de montage. Est-ce que vous pourriez m’aider ? Ik heb een meubel gekocht in bouwpakket en ik begrijp de montage-instructies helemaal niet. Kunt u me helpen?

Vraag om administratieve hulp

Gesproken Frans is niet altijd gemakkelijk, geschreven Frans kan ingewikkeld zijn en geschreven administratief Frans is vaak een nachtmerrie. Je ontvangt een brief van een overheidsdienst en je begrijpt er geen woord van. Als je goede contacten hebt met je buren en er vertrouwen is opgebouwd, kan het vragen om een beetje administratieve hulp

wat hoofdpijn wegnemen. Je kunt bijvoorbeeld zeggen:

[79] Pourriez-vous m’aider à remplir ce formulaire administratif ? Zou u me kunnen helpen bij het invullen van dit administratieve formulier?

[80] Je ne comprends pas très bien cette lettre de l’administration. Est-ce que vous pourriez m’aider ?  Ik begrijp deze brief van de administratie niet erg goed. Zou u me kunnen helpen?

Maar het kan ook gewoon een woord of uitdrukking zijn die je niet begrijpt en waarvoor je geen vertaling of interessante informatie op internet hebt gevonden:

[81] Je ne comprends pas le mot / l’expression « … ». Ça veut dire quoi ? Ik begrijp het woord / de uitdrukking “…” niet. Wat betekent dat?

Vraag om hulp in noodgevallen

Er zijn momenten waarop je helemaal in de problemen zit. Je buren zijn er om te helpen.

In geval van medische noodsituaties:

[82] Je dois conduire mon mari/ma femme aux urgences. Est-ce que vous pouvez garder nos enfants ? Ik moet mijn man/vrouw naar de spoedeisende hulp brengen. Zou je op onze kinderen kunnen passen?

In geval van een dringend medisch probleem en als je auto ook een probleem heeft:

[83] Je dois aller à un rendez-vous médical urgent, et ma voiture est en panne. Est-ce que vous pourriez me conduire à l’hôpital ? Ik moet naar een dringende medische afspraak en mijn auto heeft pech. Kunt u me naar het ziekenhuis rijden?

En stel dat je niet thuis bent in Frankrijk en je wilt om wat voor reden dan ook contact opnemen met je buren, dan is het handig om hun contactgegevens te hebben. Dus vraag het hen:

[84] Quel est votre numéro de téléphone ? Ça peut être toujours utile. Wat is uw telefoonnummer? Dit kan altijd nuttig zijn.

[85] Avez-vous une adresse électronique ? Oui ! Pourriez-vous me la donner ? On ne sait jamais. Heeft u een e-mailadres? Ja, kunt u me dat geven? Je weet maar nooit.

Vraag om een dienst wanneer je er niet bent

Je bent geen permanente bewoner in Frankrijk, of misschien wel, maar je gaat regelmatig naar Nederland. Wie zal voor je huis zorgen? Op zijn minst, wie gaat er af en toe een kijkje nemen in je huis om te controleren of alles in orde is? Je buren natuurlijk!

[86] Nous sommes régulièrement absents. Est-ce que vous accepteriez de garder un jeu de clés de notre maison au cas où ? We zijn regelmatig weg. Zou u een reservesleutel van ons huis willen bewaren voor het geval dat?

Voor het ‘geval dat’, denk aan waterschade, een probleem in de tuin, enz.

Je kunt ook om andere diensten vragen: de post uit je brievenbus halen, de planten water geven, de kat voeren (als je afwezigheid kort is):

[87] Pourriez-vous relever le courrier pendant notre absence ? Zou u de post kunnen ophalen tijdens onze afwezigheid?

[88] Auriez-vous la gentillesse d’arroser les plantes de notre salon ? Zou u zo vriendelijk willen zijn om de planten in onze woonkamer water te geven?

[89] Nous sommes absents pendant trois jours. Pourriez-vous donner à manger à notre chat ? We zijn drie dagen weg. Kunt u onze kat eten geven?

Vierde deel: Bedank je buren / Doe iets terug

Vraag of de buren een uitnodiging zouden accepteren

[90] Est-ce que ça vous dirait de venir prendre demain soir l’apéro à la maison ? Wilt u morgenavond bij ons thuis een drankje komen drinken?

[91] Nous organisons un barbecue dimanche midi. Voulez-vous venir ? Ça nous ferait très plaisir. We organiseren zondagmiddag een barbecue. Wilt u komen? We zouden het erg op prijs stellen.

[92] C’est aujourd’hui la fête nationale aux Pays-Bas. Avez-vous envie de venir prendre un apéritif néerlandais chez nous ? Vandaag is het nationale feestdag in Nederland. Wilt u bij ons een Hollands aperitiefje komen drinken?

[93] J’ai fait un gâteau aux pommes typiquement néerlandais. Vous voulez venir le goûter ? On pourra boire aussi un café ou un thé. Ik heb een typisch Nederlandse appeltaart gebakken. Wilt u langskomen om ervan te proeven? We kunnen ook een kopje koffie of thee drinken.

[94] Nous avons décidé d’organiser un pique-nique entre voisins. Vous voulez participer ? We hebben besloten om een ​​buurtpicknick te organiseren. Wilt u meedoen?

[95] Nous organisons à la maison une dégustation de vins et de fromages chez nous ce samedi. Vous voulez venir ? We organiseren aanstaande zaterdag een wijn- en kaasproeverij bij ons thuis. Heeft u zin om te komen?

Bied je buren ook je hulp aan

Natuurlijk kun je in het algemeen je hulp aanbieden aan je buren als ze hulp nodig hebben. Als je oudere buurvrouw ziek is, kun je haar aanbieden om boodschappen voor haar te doen?

[96] Avez-vous besoin de quelque chose ? Heeft u iets nodig?

[97] Je vais faire des courses. Voulez-vous que je vous ramène quelque chose ? Ik ga boodschappen doen. Zal ik iets voor u meenemen?

Maar je kunt ook hulp aanbieden in andere situaties. Je ziet je buurman worstelen met een klusje of in zijn tuin:

[98] Voulez-vous que je vous prête ma débroussailleuse ? Wilt u dat ik mijn bosmaaier uitleen?

En in het algemeen:

[99] Voulez-vous que je vous aide ? Wilt u dat ik u help?

[100] Vous voulez un coup de main ? Heeft u hulp nodig?

Dit zijn de 100 vragen die je aan je buren kunt stellen. Maar er zijn er natuurlijk meer…

In het sociale systeem van een Frans dorp spelen burenrelaties een vitale rol, ze vormen de basis van een solidaire gemeenschap. Door vragen te stellen aan je buren bevorder je authentieke communicatie en verrijkende uitwisselingen die het gevoel van verbondenheid met je dorp versterken.

Deze banden worden het cement van een dagelijkse gezelligheid waar wederzijdse hulp en delen fundamentele waarden zijn.

Door te investeren in je buurtrelaties help je een omgeving te creëren waarin iedereen zich thuis voelt, omringd door vrienden en waardevolle bondgenoten om de dagelijkse uitdagingen aan te gaan.

Het is in deze kleine dagelijkse interacties dat de blijvende banden worden gesmeed die het gemeenschapsleven in Franse dorpen zo rijk maken.

Jérôme Paul

PS: Als je dat nog niet hebt gedaan, schrijf je dan in voor de nieuwsbrief van Frans voor mijn huis in Frankrijk om wekelijks gratis nuttige informatie over de Franse taal te ontvangen.

Ontvang de nieuwsbrief voor een goed leven in het Frans

Wekelijks informatie over Frans en de Franse cultuur speciaal voor Nederlanders die een verhuizing naar Frankrijk voorbereiden of al in Frankrijk wonen. Schrijf je in voor de nieuwsbrief van Frans voor mijn huis in Frankrijk.

En ontvang de gratis minicursus

“Hoe vraagt u uw Franse buren om gereedschap”

Hoe vraag je je buren om gereedschap in het Frans - 16 pdf

Geef een reactie